Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·vor·der·de

Werkwoord

vervoeging van
bevorderen

bevorderde

  1. enkelvoud verleden tijd van bevorderen
    • Ik bevorderde. 
    • Jij bevorderde. 
    • Hij, zij, het bevorderde. 
  2. verbogen vorm van bevorderd, voltooid deelwoord van bevorderen