Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·vei·li·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beveiliging beveiligingen
verkleinwoord beveiligingetje beveiligingetjes

Zelfstandig naamwoord

de beveiligingv

  1. de genomen maatregelen die er zo goed mogelijk voor zorgen dat er niets verkeerds gebeurt
    • De beveiliging van het bedrijfspand was door een gespecialiseerd bedrijf ingericht. 
     "De bagageafhandelingsbedrijven en de luchtvaartmaatschappijen die zorg dragen voor deze processen hebben net als wij bij de beveiliging te maken met personeelstekorten", zegt een woordvoerder van Schiphol desgevraagd. Daardoor zijn passagiers en de koffers niet meer op hetzelfde moment op dezelfde plek.[1]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Na de reizigers hopen nu de koffers zich op op Schiphol” (29 juni 2022), NU.nl
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be