beroerd
- be·roerd
vervoeging van: | beroeren… |
verbogen vorm: | beroerde |
beroerd
- voltooid deelwoord van beroeren
- De gemoederen werden hierdoor danig beroerd.
beroerd
- bijzonder slecht, waardeloos
- De beroerde omstandigheden op de arbeidsmarkt veroorzaken een hoop ellende en angst.
beroerd
- op bijzonder slechte wijze
- Hij heeft beroerd gereageerd.
- Het woord beroerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "beroerd" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "beroerd" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ beroerd op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be