beroepshouding
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·roeps·hou·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beroepshouding | beroepshoudingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de beroepshouding v
- normen en waarden zoals deze tot uiting komen bij de uitoefening van een functie
- ▸ Het Albeda College schrijft in een verklaring "zeer ontstemd en verrast" te zijn. "Voor ons is het glashelder dat dit niet past bij de beroepshouding die wij van onze studenten verwachten." Valentina is geschorst. Het is onduidelijk of ze de opleiding mag afmaken, zegt haar moeder.[1]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord beroepshouding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Mbo-leerling wordt met dood bedreigd na respectloze video over ouderen” (Donderdag 23 november 2017, 21:10), NOS