bergkap
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- berg·kap
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van berg zn en kap zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bergkap | bergkappen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- de beweegbare kap van een hooiberg
- De verwaarloosde hoefstal, waarin de hoefsmid vroeger de paarden besloeg, is gerestaureerd, net als de rosmolen. De éénroedige bergkap kreeg een nieuw rieten dak. Het iemenschoer is verplaatst en biedt weer onderdak aan bijen. [2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord bergkap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bergkap" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 02-07-16 Trekpaard Rens opent buitenmuseum bij De Lebbenbrugge in Borculo
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be