benedenstrooms
- Geluid: benedenstrooms (hulp, bestand)
- IPA: /bəˈnedə(n)ˌstroms/
- be·ne·den·strooms
- samenstellende afleiding van beneden (voorzetsel) en stroom (zelfstandig naamwoord) met het achtervoegsel -s
benedenstrooms
- verder in de richting waar het water heenloopt
- Dank zij deze sprengen kreeg de Renkumse beek uiteindelijk het gewenste watervolume, en konden een paar kilometer benedenstrooms een paar papiermolens worden aangedreven. [1]
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord benedenstrooms staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Hegener, M.Archeologie van het landschap. Langs de aarden monumenten van Nederland (1995) Uitgeverij Contact, Amsterdam;ISBN 902541432X; p. 134; geraadpleegd 2016-03-21