Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·leids·ter·rein
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beleidsterrein beleidsterreinen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het beleidsterreino

  1. de taak of portefeuille van een bestuurder met de daaraan gekoppelde afdeling waar ambtenaren voor hem of haar werken,

Gangbaarheid