bekeerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·keer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bekeren |
bekeerde
- enkelvoud verleden tijd van bekeren
- Ik bekeerde.
- Jij bekeerde.
- Hij, zij, het bekeerde.
- Ik bekeerde.
- verbogen vorm van bekeerd, voltooid deelwoord van bekeren
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord bekeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bekeerde" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be