beetwortelsuiker
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- beet·wor·tel·sui·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van beetwortel en suiker [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beetwortelsuiker | beetwortelsuikers |
verkleinwoord | beetwortelsuikertje | beetwortelsuikertjes |
Zelfstandig naamwoord
de beetwortelsuiker m
Gangbaarheid
- Het woord 'beetwortelsuiker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.