bechamelsaus

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bechamelsaus    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• be·cha·mel·saus

Woordherkomst en -opbouw

• eponiem: leenvertaling van Frans sauce béchamel, genoemd naar de 17e-eeuwse Franse markies Louis de Béchameil , in de betekenis van ‘melksaus’ voor het eerst aangetroffen in 1847

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bechamelsaus	bechamelsausen bechamelsauzen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de bechamelsaus v / m

1. (voeding) gebonden saus van bouillon of melk

Verwante begrippen

• bechamel

Vertalingen

    1.   

Spaans: bechamel (es) v, besamel (es) v, salsa bechamel (es) v

Gangbaarheid

• Het woord bechamelsaus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bechamelsaus" herkend door:

84 %	van de Nederlanders;
95 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.