barokkunst
  • ba·rok·kunst
enkelvoud meervoud
naamwoord barokkunst barokkunsten
verkleinwoord

de barokkunstv

  1. (kunst) kunst uit de 17de en 18de eeuw die gekenmerkt wordt door een overdaad van vorm en heftigheid van gevoelsuitdrukking
     Het gestolen doek van Van Dyck, met Rubens een van de grootste namen uit de Antwerpse barokkunst, is Soldaat te paard. De andere twee schilderijen zijn van de Italiaanse kunstenaars Salvator Rosa en Annibale Carracci. Volgens de politie zijn ze alle drie "van zeer grote waarde".[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Eeuwenoude schilderijen gestolen in Oxford” (Maandag 16 maart 2020, 04:20), NOS