Een bankbiljet van 500 euro.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bank·bil·jet
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bankbiljet bankbiljetten
verkleinwoord bankbiljetje bankbiljetjes

Zelfstandig naamwoord

het bankbiljeto

  1. (financieel) een betaalmiddel uitgegeven door een (centrale) bank van papier of kunststof dat is bedrukt met een tekst waaruit een tegenwaarde blijkt
    • U kunt bij ons geen bankbiljetten van €500,- inwisselen. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be