banenpool
- ba·nen·pool
- samenstelling van baan en pool met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | banenpool | banenpools |
verkleinwoord | - | - |
de banenpool m
- Het woord banenpool staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "banenpool" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ banenpool op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be