Nederlands

 
babyolifant
Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·by·oli·fant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord babyolifant babyolifanten
verkleinwoord babyolifantje babyolifantjes

Zelfstandig naamwoord

de babyolifantm

  1. pasgeboren olifant
     Babyolifant Madiba is een enorme publiekstrekker bij safaripark Beekse Bergen. De olifant werd gisteren geboren. Vandaag staan er files op de wegen naar het park in Hilvarenbeek en zijn er lange wachtrijen bij de entree.[1]
     Ruim twee dagen zaten ze vast in een vijf meter diep waterreservoir: twee volwassen wilde olifanten en een babyolifant. Met een graafmachine is de wand van het waterreservoir gesloopt, waarna de dieren eruit konden komen.[2]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Beekse Bergen langer open wegens baby-olifantje” (05-05-2016), NOS
  2.   Weblink bron “Olifanten gered, reservoir kapot” (13-10-2016), NOS