Spaans

Werkwoord

vervoeging van
ausentar

ausentaba

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van ausentar
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van ausentar
vervoeging van
ausentarse

ausentaba

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van ausentarse
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van ausentarse