Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ar·beids·ver·zuim
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord arbeidsverzuim
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het arbeidsverzuimo

  1. niet werken dat niet veroorzaakt wordt door ziekte

Gangbaarheid