Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • apen·land
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord apenland apenlanden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het apenlando

  1. (pejoratief) 'onderontwikkeld' land in de tropen
    • Los daarvan, deze kwalificaties vielen onlangs nog te lezen op GeenStijl: 'zotte zandneger', 'rare rifaap', 'dobbernegers' (over verdronken bootvluchtelingen) en 'islamitische aandachtshoer uit een ongeletterd apenland'. Het zal vast allemaal satire zijn, prima dat het bestaat, maar om er als bedrijf nou bewust mee geassocieerd te willen worden, geeft weinig vertrouwen in de goede smaak van het management. [2] 
  2. land waar veel apen leven
    • Oeganda staat vooral bekend als apenland. Minder bekend is, dat het land ook een geweldige bestemming is voor wildsafari’s. Queen Elizabeth National Park is een van de pareltjes en het tweede bekende wildpark van Oeganda. Tijdens een gamedrive tref je onder andere kuddes olifanten, buffels, bavianen, leeuwen en vele antilopen, waaronder de Oeganda Kob. [3] 

Gangbaarheid

83 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen