vervoeging van
amigar

amigaba

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van amigar
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van amigar
vervoeging van
amigarse

amigaba

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van amigarse
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van amigarse