• al·lu·vi·a·le

alluviale

  1. verbogen vorm van de stellende trap van alluviaal
     Ze hadden al rijke alluviale ertslagen ontdekt, zoals ze ook hadden verwacht wegens het stofgoud dat door de stroom werd meegevoerd.[1]
  1. Victoria Holt
    “De schaduw van gisteren” (2021), Saga, ISBN 9788726484830