Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • acht·ste-eeu·wer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord achtste-eeuwer achtste-eeuwers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de achtste-eeuwerm

  1. iemand die in de achtste eeuw heeft geleefd

Gangbaarheid