account
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ac·count
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | account | accounts |
verkleinwoord | accountje | accountjes |
Zelfstandig naamwoord
account o
- (financieel) een bankrekening
- Ik heb bij die bank een account geopend.
- (informatica) een virtueel profiel waaraan bepaalde kenmerken of eigenschappen gekoppeld kunnen worden
- Het gehackte account werd geblokkeerd.
- ▸ Volgens de hoofddocent zeggen adverteerders vaak dat ze zich helemaal niet richten op hele jonge kinderen, maar dat klopt niet altijd. "Sommige jonge kinderen zitten op sociale media via een account van hun ouders. Of ze maken zelf een account aan door een valse leeftijd op te geven."[2]
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord account staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "account" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ account op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
- Geluid: account (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ə'kaʊnt/
Woordherkomst en -opbouw
- (Werkwoord) afkomstig van het Oudfranse woord aconter.
- (zelfstandig naamwoord) afkomstig van het Oudfranse woord acont.
Naar frequentie | 1562 (werkwoord) |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to account |
he/she/it | accounts |
verleden tijd | accounted |
voltooid deelwoord |
accounted |
onvoltooid deelwoord |
accounting |
gebiedende wijs | account |
Werkwoord
account
Uitdrukkingen en gezegden
- account for
Naar frequentie | 1562 (naamwoord) |
---|
enkelvoud | meervoud |
---|---|
account | accounts |
Zelfstandig naamwoord
account
Afgeleide begrippen
- [1]: accountability
- [1]: accountant
- [1]: accounting
Typische woordcombinaties
- [1]: account closed
rekening gesloten