vervoeging van
abominer

abomines

  1. tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van abominer
  2. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van abominer


vervoeging van
abominar

abomines

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van abominar
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van abominar