aansturen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·stu·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en sturen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aansturen |
stuurde aan |
aangestuurd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
aansturen
- overgankelijk leiding geven aan iets
- Ik ga jullie vandaag in jullie werk aansturen.
- overgankelijk (techniek) regelen, in werking stellen
- Een of meerdere ventilatieroosters worden per groep aangestuurd vanuit de centrale sturing.
Gangbaarheid
- Het woord aansturen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aansturen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be