aanlooppunt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanlooppunt (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanlopˌpʏnt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·loop·punt
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aanloop ww en punt [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanlooppunt | aanlooppunten |
verkleinwoord | aanlooppuntje | aanlooppuntjes |
Zelfstandig naamwoord
aanlooppunt
- plek waar men zomaar kan aanlopen (voor hulp, advies etc.) zonder voorafgaande afspraak
Gangbaarheid
- Het woord 'aanlooppunt' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.