WikiWoordenboek:Bijvoeglijk naamwoord: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 91.87.25.210 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Cadfaell
Label: Terugdraaiing
Regel 16:
*Het huis is ''zeer'' mooi.
 
hoi
==Vormen in het Nederlands==
In het Nederlands hebben bijvoeglijke naamwoorden meestal drie vormen, een onverbogen, een verbogen vorm en een partitieve vorm.
: mooi - mooie - moois
 
Verder kennen veel bijvoeglijke naamwoorden trappen van vergelijking.
: mooi - mooier - mooist (- allermooist)
 
===Onverbogen of verbogen===
De onverbogen vorm wordt gebruikt als [[WikiWoordenboek:Naamwoordelijk deel|predicaat]]:
*Het huis is '''mooi'''.
 
Attributief wordt meestal de verbogen vorm gebruikt:
*Het '''mooie''' huis staat op de hoek.
Een uitzondering wordt gevormd door onbepaalde onzijdige woorden in het enkelvoud
*Er staat een '''mooi''' huis op de hoek.
 
Ook zelfstandig gebruik vereist de verbogen vorm:
*Dat zijn hele '''mooie'''.
Alleen indien het woord naar personen verwijst krijgt het een -n in het meervoud
*De '''mooien''' worden filmster, de lelijkerds regisseur.
 
===Partitief===
De partitiefvorm op -s wordt alleen aangetroffen na woorden als ''veel'', ''niets'', ''iets'', ''wat'' enz.:
*'''Veel''' ''moois'' is er niet te zien.
*We kunnen hier '''niets''' moois vinden.
*Ik was wel op zoek naar '''iets''' ''moois''.
*Het is me '''wat''' ''moois''!
 
===Trappen van vergelijking===
Daarnaast kennen vele, maar lang niet alle bijvoeglijke naamwoorden trappen van vergelijking:
:voorbeeld: mooi - mooier - mooist
:in gewoon Nederlands: stellend - vergrotend - overtreffend
:met vakterm uit Latijn: positief - comparatief - superlatief
 
====Stellende trap====
De stellende trap heeft de standaardvorm van het bijvoeglijk naamwoord, zonder uitgang; voor een verbogen vorm komt daar de uitgang -e achter, voor de partitief een -s.
*De grote stoel is net zo mooi als de kleine stoel.
*Het zijn even mooi'''e''' stoelen.
*Deze stoel is iets mooi'''s'''.
 
 
De stellende trap wordt gebruikt om aan te geven dat twee verschillende dingen in één opzicht hetzelfde zijn. Deze vergelijkingen gebruiken eerst de bijwoorden "net zo" of "even", gevolgd door het bijvoeglijk naamwoord en het voegwoord "als".
*De grote stoel is ''even'' mooi ''als'' de kleine stoel.
*De grote stoel is ''net zo'' mooi ''als'' de kleine stoel.
In zinnen zonder "als" duidt "even" op een onderlinge vergelijking en "net zo" op een gezamenlijke vergelijking met een derde ding.
*De oude stoelen zijn even mooi. ''(vergeleken met elkaar)''
*De nieuwe stoelen zijn net zo mooi. ''(vergeleken met de oude stoelen in de voorgaande zin)''
 
 
In gangbare vergelijkingen wordt "net zo" verkort tot "zo" of zelfs weggelaten.
*Zij was net zo mooi als Cleopatra.
*Zij was zo mooi als Cleopatra.
*Zij was mooi als Cleopatra.
 
====Vergrotende trap====
De vergrotende trap wordt gevormd met de uitgang -er.
*mooi - mooi''er''
Met het oog op de uitspraak kent deze regel een paar aanpassingen:
#Als het woord eindigt op -r, wordt er een -d- tussengevoegd.
#*ver - ver'''d'''''er''
#Als het woord eindigt op een enkele medeklinker, voorafgegaan door een enkele, korte klinker, wordt die medeklinker verdubbeld.
#*dom - dom'''m'''''er''
#Als het woord eindigt op een enkele medeklinker, voorafgegaan door een dubbele klinker, wordt dat een enkele klinker
#*la'''a'''t - lat''er''
#Als het woord eindigt op een onbeklemtoonde -e ("sjwa"), blijft van de uitgang alleen -r over
#*perfide''r''
Daarnaast zijn er woorden met een onregelmatig gevormde vergrotende trap.
*goed - beter
 
 
Sommige bijvoeglijke naamwoorden kennen geen vergrotende trap, omdat de uitspraak lastig is.
*passé
Bijvoeglijke naamwoorden die nog als (on-)voltooid deelwoord van een werkwoord worden gezien kennen geen vergrotende trap.
*verborgen
Sommige bijvoeglijke naamwoorden kennen geen vergrotende trap, omdat de uitgedrukte eigenschap alleen maar wel of niet aanwezig kan zijn.
*waterpas
Dit geldt ook voor stofnamen:
*houten
 
 
De vergrotende trap kent net als de stellende een onverbogen, een verbogen en een partitieve vorm.
*Jouw stoel is mooi''er'' dan mijn stoel.
*De mooi''er'''''e''' stoel is duur.
*Een stoel is iets mooi''er'''''s''' dan een kruk.
Bij vergelijkingen met behulp van een vergrotende trap wordt in traditioneel verzorgd taalgebruik het voegwoord "dan" gebruikt,
*Jouw stoel is mooier ''dan'' mijn stoel.
Het gebruik van "als" in plaats van "dan" komt zoveel voor, dat die in hedendaagse woordenboeken een plaats heeft gekregen.
*Jouw stoel is mooier '''als''' mijn stoel.
 
 
Een andere manier om de overtreffende trap uit te drukken is met het bijwoord "meer".
*Hij is ''beleefder'' dan zijn zoon.
*Hij is ''meer beleefd'' dan zijn zoon.
 
====Overtreffende trap====
De overtreffende trap wordt gevormd met de uitgang -st.
*mooi - mooi''st''
Als het woord op een sisklank eindigt (-s, -sch), blijft van de uitgang alleen -t over.
*De eigenaar was zelf het boos''t''.
*Deze oplossing is het logisch''t''.
Als het woord eindigt met -st, -sd of -sk, wordt de uitgang -st niet gebruikt. In deze gevallen wordt de overtreffende trap omschreven met "meest".
*Zwarte kleding is bij een rouwdienst het ''meest gepast''.
*Arie is bedeesd, Ben is bedeesder, maar Cees is ''het meest bedeesd''.
Ook voor woorden die eindigen op -s of -sch krijgt het gebruik van "meest" dikwijls de voorkeur.
*De eigenaar was zelf het ''meest boos''.
*Deze oplossing is het ''meest logisch''.
Dit geldt ook bij een groot aantal andere bijvoeglijke naamwoorden, zoals veel woorden die geen vergrotende trap kennen.
 
 
De overtreffende trap wordt altijd voorafgegaan door "de", "het" of een bezittelijk voornaamwoord.
*'''De''' ''mooiste'' stoel is erg duur.
*Deze stoel is '''de''' ''mooiste''.
*Dit kind is '''het''' ''mooiste''.
*Deze stoel is '''het''' ''mooiste'' in een modern ingerichte kamer.
*Van alle stoelen in de kamer is deze '''het''' ''mooist''.
*In deze moderne kamer is deze stoel op '''zijn''' ''mooist''.
*'''Mijn''' ''mooiste'' stoel is stuk gegaan.
 
 
De overtreffende kent geen partitief, maar alleen een onverbogen en een verbogen vorm.
*Deze stoel is het mooist.
*Dit is de mooist'''e''' stoel
 
 
De overtreffende trap wordt op twee manieren gebruikt:
1. om de hoogste graad van een eigenschap aan te geven
*Dit zijn de mooiste stoelen in de collectie. ''(er zijn daarin geen mooiere)''
2. om te benadrukken dat een eigenschap in hoge mate aanwezig is
*In deze collectie vind je de mooiste stoelen. ''(het zijn buitengewoon mooie stoelen; het wil niet zeggen dat er geen mooiere bestaan)''
 
====Verheffende trap====
Bij woorden die een overtreffende trap kennen, bestaat ook nog een vorm met het voorvoegsel "aller-". Omdat dit voorvoegsel nog herkenbaar is als de oude genitief meervoud van "al", is er hier naar ''vorm'' geen trap van vergelijking, maar naar ''inhoud'' wordt wel de term "verheffende trap" of "elatief" gebruikt.
*de ''aller''mooiste stoel
 
Deze vorm kan bij sommige woorden twee betekenissen hebben, die door een verschil in klemtoon worden aangegeven:
#benadrukken van het overtreffende karakter:
#*het '''al'''leraardigste meisje
#benadrukken van de eigenschap, zonder het overtreffende karakter:
#*het aller'''aar'''digste meisje
In de eerste betekenis komt in het spraakgebruik nog een verdubbeling van het voorvoegsel voor om het overtreffende karakter nog verder te benadrukken:
*de ''aller-aller''mooiste stoel
 
====Overmatige trap====
Sommige talen, bijvoorbeeld het Javaans, kennen een vorm die "overmatige trap" of "excessief" heet. In het Nederlands zetten we dan het bijwoord "te" ervoor:
*te mooi
 
===Predicaatswoorden===
Sommige naamwoorden worden alleen als predicaat gebruikt en kennen maar een vorm, bijv.
*Hij werd [[onwel]].
 
===Stofadjectieven===
Deze naamwoorden drukken een materiaal uit waaruit iets bestaat, zoals [[ijzeren]] of [[papieren]]. Zij hebben ook maar een vorm in de regel met een uitgang -en en worden alleen attributief gebruikt. Als predicaat wordt gewoonlijk een omschrijving met het voorzetsel ''van'' gebruikt:
*Dit is een '''ijzeren''' pan
*Deze pan is '''van ijzer'''.
 
==Andere talen==