92.122
bewerkingen
(Annabels interwikibot) |
|||
{{=nld=}}
{{-etym-}}▼
{{-pron-}}
:*{{sound}}:
▲{{-etym-}}
:afgeleid van [[heugen]] {{suff|ver-}}
{{-nlstam-|zich verheugen|verheugde zich|zich verheugd||||{{nlzwak-d}}}}
{{-verb-}}
'''verheugen'''
# ''zich ~'': blijdschap ervaren
#: ''Hij '''verheugde zich''' enorm toen zij onverwachts belde.''
# ''zich ~ op'': reikhalzend uitzien naar iets, zich bij voorbaat verheugen.
#: ''Hij '''verheugde zich op''' haar aangekondigde bezoek.''
{{-trans-}}
{{
:*{{eng}}: [[rejoice]]
:*{{pap}}: [[alegrá]]
{{
{{trans-top|}}
:*{{eng}}: [[look out to]]
{{trans-bottom}}
[[fr:verheugen]]
|