Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • [1] vlo·tje
  • [2] vloot·je

Zelfstandig naamwoord

het vlootjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vlo
  2. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vloot
Synoniemen