symboliseren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sym·bo·li·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse symboliser (met het achtervoegsel -iseren) [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
symboliseren |
symboliseerde |
gesymboliseerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
symboliseren
- overgankelijk een kenteken ergens van zijn
- De Azteekse adelaar symboliseerde de stichting van de stad Mexico.
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord symboliseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "symboliseren" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be