Sepia's [1]
Een sepia [4] van Henry Longfellow

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • se·pia
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘kalkachtige rugplaat van inktvis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1861 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord sepia sepia's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de sepiav / m

  1. (koppotigen) een geslacht Sepia   van weekdieren uit de familie Sepiidae  
    • Het leven van een sepia is maar kort: een jaar of twee. 
  2. de diepbruine kleurstof in de inktzak van [1]
  3. (kleur) een diepbruine kleur zoals die van [2]
  4. een foto behandeld met sulfide of selenide die daardoor een permanentere bruinige kleur gekregen heeft
    • Er zijn nog een aantal sepia's van mijn overgrootouders. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

93 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen


Spaans

Zelfstandig naamwoord

sepia

  1. (RAL-kleur) sepiabruin, een kleur met RAL-nummer 8014
Anagrammen