Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pre·fix
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord prefix prefixen
verkleinwoord prefixje prefixjes

Zelfstandig naamwoord

het prefixo

  1. (taalkunde) een gebonden morfeem dat voor een ander woord geplaatst wordt om iets aan de betekenis toe te voegen
  2. (natuurkunde) (eenheid) een decimaal voorvoegsel dat kan worden toegevoegd aan elke eenheid van het SI-systeem, om aan te geven dat het om veelvouden of delen van die eenheden gaat
  3. (scheikunde) voorvoegsels gebruikt bij de naamgeving van chemisch verbindingen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Verwante begrippen
Woorddelen in het Nederlands (nld)

toevoegselvoorvoegselachtervoegselinvoegselomvoegsel
affixprefixsuffixinterfixcircumfix

Vertalingen

Gangbaarheid

76 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

Zelfstandig naamwoord

prefix

  1. (taalkunde) prefix, voorvoegsel dat voor een ander woord geplaatst wordt om iets aan de betekenis toe te voegen
  2. (natuurkunde), (eenheid) prefix, een decimaal voorvoegsel dat kan worden toegevoegd aan elke eenheid
  3. (scheikunde) prefix, voorvoegsels gebruikt bij de naamgeving van chemisch verbindingen