middelvinger
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: middelvinger (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmɪdəlˌvɪŋər / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- mid·del·vin·ger
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van middel en vinger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | middelvinger | middelvingers |
verkleinwoord | middelvingertje | middelvingertjes |
Zelfstandig naamwoord
de middelvinger m
- (anatomie) de derde vinger, gelegen tussen de ringvinger en de wijsvinger
- (figuurlijk) als beledigend gebaar voor anale penetratie
Afgeleide begrippen
Spreekwoorden
- zijn middelvinger opsteken
gebaar om iemand te beledigen
Vertalingen
1. vinger
2. als beledigend gebaar
Gangbaarheid
- Het woord middelvinger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "middelvinger" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be