Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·taal
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘groep elementen’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord metaal metalen
verkleinwoord metaaltje metaaltjes

Zelfstandig naamwoord

het metaalo

  1. ieder element dat gekenmerkt wordt door glans en het vermogen om warmte en elektriciteit te geleiden
    • Wijs mij op het periodiek systeem der elementen eens even aan welke stoffen metalen zijn. 
  2. (astronomie) elk ander (zwaarder) element dan waterstof en helium
Antoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord metaal metale

Zelfstandig naamwoord

metaal

  1. metaal