Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lood·lijn
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘lijn die loodrecht op een andere staat, lijn voor het dieplood’ voor het eerst aangetroffen in 1614 [1]
  • samenstelling van  lood  en  lijn 
enkelvoud meervoud
naamwoord loodlijn loodlijnen
verkleinwoord loodlijntje loodlijntjes

Zelfstandig naamwoord

de loodlijnv / m

  1. (wiskunde) een lijn die een rechte hoek maakt met de raaklijn van de figuur waarop zij wordt neergelaten
    • De loodlijn is de kortste afstand vanuit een punt tot een figuur. 
  2. (scheepvaart) lijn voor het dieplood.
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen