Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Eiland
Een eiland.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ei·land
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Fries, in de betekenis van ‘land omgeven door water’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
  • samenstelling van  ei  en  land  [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord eiland eilanden
verkleinwoord eilandje eilandjes

Zelfstandig naamwoord

het eilando

  1. (aardrijkskunde) een stuk land dat omringd is door water
    • Ik ga graag op vakantie naar een onbewoond eiland. 
     Ze had me twee weken eerder verteld over haar leven als kunstenaar op een tropisch eiland in Maleisië.[3]
     Nobelen uit vorige eeuwen hadden het eiland volgebouwd met hun pronkpalazzi en de kieren die toevallig ontstonden tussen de wereldwonderen in, moesten maar als straat dienen. Wie zich wil verplaatsen in Venetië moet voortdurend om het exhibitionistische vertoon van liefde voor de stad van zijn voorgangers in deze stad heen lopen.[4]
Verwante begrippen
Anagrammen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
naamwoord eiland eilande

Zelfstandig naamwoord

eiland

  1. eiland