director
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- di·rec·tor
Woordherkomst en -opbouw
- van het Engels
- Naamwoord van handeling van dirigeren met het achtervoegsel -or
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | director | directoren directors |
verkleinwoord | directortje | directortjes |
Zelfstandig naamwoord
de director m
- (natuurkunde), (elektronica) een passief onderdeel van een yagi-antenne dat de antenne een richtwerking geeft
- Een yagi-antenne heeft naast de actieve dipool, nog twee soorten passieve elementen: de reflector en de director (meestal meerdere in cascade).
Verwante begrippen
Vertalingen
1. passief onderdeel van een yagi-antenne
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord director staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Engels
enkelvoud | meervoud |
---|---|
director | directors |
Zelfstandig naamwoord
director
Spaans
Uitspraak
- IPA: /di.ɾek'toɾ/
Woordafbreking
- di·rec·tor
enkelvoud | meervoud |
---|---|
director | directores |
Zelfstandig naamwoord
director m
Synoniemen
- [1] gerente