Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • des·gra·cia
enkelvoud meervoud
desgracia desgracias

Zelfstandig naamwoord

desgracia v

  1. ongeluk, ramp, onheil
  2. tegenspoed
  3. ongenade
  4. schande
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
desgraciar

desgracia

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van desgraciar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van desgraciar