Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·li·caat
Woordherkomst en -opbouw
  • van Frans  délicat bn , in de betekenis van ‘fijn, teer’ aangetroffen vanaf 1552 [1]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen delicaat delicater delicaatst
verbogen delicate delicatere delicaatste
partitief delicaats delicaters -

Bijvoeglijk naamwoord

delicaat

  1. gemakkelijk te beschadigen, nauwgezetheid vereisend, pijnlijk
    • Dat is een heel delicate zaak. 
  2. alleen met de grootste voorzichtigheid en tact bespreekbaar
    • Wat doet Chris Rock? Hoe hard zullen de grappen van de 51-jarige komiek zijn die zondag het prijzengala in het Dolby Theatre in Los Angeles presenteert? Het is een zeer delicate operatie voor Rock. Zwarte rappers eisten dat hij afzegde omdat er voor het tweede jaar op rij niet één Afro-Amerikaanse kandidaat is genomineerd. „Tijdens de Oscars mogen gekleurde mensen prijzen weggeven en zelfs entertainen”, zo begon actrice Jada Pinkett Smith vorige maand een reeks boze tweets. „Maar we worden zelden erkend voor onze artistieke prestaties.”[2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen