1. Een cardanas met twee kruiskoppelingen, en een schuifkoppeling die de afstandsverschillen opvangt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • car·dan·as
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord cardanas cardanassen
verkleinwoord cardanasje cardanasjes

Zelfstandig naamwoord

de cardanasv / m

  1. (werktuigbouwkunde) aandrijfas met één of meer kruiskoppelingen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

42 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen