Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bloei·wij·ze
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloeiwijze bloeiwijzen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bloeiwijzev / m

  1. de vorm en rangschikking van de bloemen van een plant, een kenmerk waarop men planten indeelt in groepen
    • De Victoria-waterlelie is bekend om zijn enorme ronde bladeren en de sprookjesachtige bloeiwijze. De bloemen bloeien alleen 's nachts. [2] 
    • De afwijkende groei- en bloeiwijze zette Damen op het spoor. Tijdens onderzoek in herbaria (waar verzamelde, gedroogde planten liggen) vond Damen enkele soortgelijke exemplaren die nooit eerder een naam hadden gekregen. Door publicatie in het Journal of Plant Taxonomy and Plant Geography BLUMEA is de ontdekking nu ook officieel een wetenschappelijk feit. [3] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen