Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • au·to·ri·tei·ten

Zelfstandig naamwoord

de autoriteitenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord autoriteit
     Hopelijk komt het ooit zover dat de autoriteiten ingrijpen, waarna deze waanzin een halt wordt toegeroepen.[1]

Verwijzingen