Nederlands

 
de groei en bloei van de aardbeienplant
Uitspraak
Woordafbreking
  • aard·bei·en·plant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aardbeienplant aardbeienplanten
verkleinwoord aardbeienplantje aardbeienplantjes

Zelfstandig naamwoord

de aardbeienplantv / m

  1. Fragaria × ananassa   plant waaraan aardbeien groeien als schijnvrucht
    • Duizenden aardbeienplantjes worden de komende tijd in Antwerpen ingezet om er achter te komen hoeveel fijn stof er in de Antwerpse lucht zit.[1] 
    • Op verschillende manieren wordt vorstschade voorkomen aan bloesems en bloemen. Fruitteler Jos Schilderinck van fruitboerderij Oald Bleank uit Rossum maakt bijvoorbeeld gebruik van heteluchtkanonnen om zijn 8.000 aardbeienplanten tegen bevriezing te beschermen. Daarnaast maakt hij voor de kersenbomen gebruik van ventilatoren en voor de appel- en perenbomen van een beregeningsinstallatie.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. de Telegraaf 15 maart 2014
  2. Tubantia 08-mei-2017