aangehecht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aangehecht (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaŋɣəˌhɛxt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·ge·hecht
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van aanhechten: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van aan bw en gehecht ww
Werkwoord
vervoeging van: | aanhechten… |
verbogen vorm: | aangehechte |
aangehecht
- voltooid deelwoord van aanhechten
Gangbaarheid
- Het woord 'aangehecht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.