aanbidders
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanbidders (hulp, bestand)
- IPA: / amˈbɪdərs / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·bid·ders
Zelfstandig naamwoord
de aanbidders mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord aanbidder
Gangbaarheid
- Het woord 'aanbidders' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Afrikaans
Zelfstandig naamwoord
aanbidders mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord aanbidder