aanbevelinkje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanbevelinkje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈambəˌvelɪŋkjə / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·be·ve·lin·kje
Zelfstandig naamwoord
het aanbevelinkje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanbeveling
Gangbaarheid
- Het woord 'aanbevelinkje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.