Oudengels
Nederlands
ISO 639-3 |
---|
ang |
bestand |
Uitspraak
Woordafbreking
- Oud·en·gels
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van oud bn "uit een vroegere tijd afkomstig" en Engels zn , volgens spellingregel 16.I met hoofdletter en zonder koppelteken geschreven
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Oudengels | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het Oudengels o
- (taal) het Engels zoals dat tussen ca. 400 en 1100 werd gesproken en dat wordt gezien als de rechtstreekse voorloper van het Middelengels en nog later het moderne Engels
- Het Oudengels werd een lange tijd gesproken.
Synoniemen
Vertalingen
1. het Engels zoals dat tussen ca. 400 en 1100 werd gesproken en dat wordt gezien als de rechtstreekse voorloper van het Middelengels en nog later het moderne Engels
Gangbaarheid
- Het woord 'Oudengels' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.