Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Bos·ni·er
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Bosniër Bosniërs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Bosniërm

  1. (demoniem) een inwoner van Bosnië en Herzegovina, of iemand afkomstig uit Bosnië en Herzegovina
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid