Nederlands

Nederlandse toonsoort
groot C Cis
Des
D Dis
Es
E F Fis
Ges
G Gis
As
A Aïs
Bes
B
klein c cis
des
d dis
es
e f fis
ges
g gis
as
a aïs
bes
b
Uitspraak
Woordafbreking
  • B-groot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord B-groot -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het B-grooto

  1. (muziek) het akkoord b - dis - fis, de grote drieklank op de eerste trap van de B-grotetertstoonladder
    • Het akkoord heet B-groot naar de grote terts: b - dis. 
  2. (muziek) de toonsoort waarvan #1 het grondakkoord is
    • Een wals in B-groot. 
Synoniemen
Antoniemen
Afkorting
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid