Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ko·re·aans

Bijvoeglijk naamwoord

Koreaansch

  1. verouderde spelling of vorm van Koreaans tot 1946/47

Zelfstandig naamwoord

het Koreaanscho

  1. verouderde spelling of vorm van Koreaans tot 1946/47

Gangbaarheid


Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

Koreaansch

  1. (taal) Koreaans