Europees kampioenschap

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Eu·ro·pees kam·pi·oen·schap
enkelvoud meervoud
naamwoord Europees kampioenschap Europese kampioenschappen
verkleinwoord - -

Frase

Zelfstandig naamwoord

Europees kampioenschap

  1. (sport) een kampioenschap waarin de besten van Europa het tegen elkaar opnemen. De winnaar mag zich Europees kampioen noemen
    • Niemand won het Europees kampioenschap vaker dan het Duitse voetbalelftal. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie