-ista
- IPA: /ˈista/
- -i·sta
- Via het Latijn ontleend aan het Oudgrieks. Het gebruik als bijvoeglijk naamwoord is overgenomen uit het Frans.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk | -ista | -isti |
vrouwelijk | -ista | -iste |
-ista
- vormt zelfstandige naamwoorden die wijzen op een beroep of een activiteit waarin men ervaring heeft.
- vormt zelfstandige naamwoorden die wijzen op een aanhanger van een bepaalde religie of ideologie.
- vormt bijvoeglijke naamwoorden die wijzen op een kenmerkende eigenschap.